Publiek Park 2025
Gabi Dao
Gabi Dao
NL
Sweet Blood in Stagnant Waters, 2025
Video-installatie, 27’00”
Video-installatie, 27’00”
In het Jachtpaviljoen, een van de vele follies op het terrein van de Plantentuin, presenteert Gabi Dao de filminstallatie Sweet Blood in Stagnant Waters. De film werd deels opgenomen in de tuin zelf, met onder andere de Victoriakas (Balatkas), net buiten het zicht vanuit het paviljoen, als belangrijke locatie.
Geïnspireerd door sciencefiction, fantasy en body horror, focust de film op de figuur van de mug, vertrekkende vanuit Dao’s onderzoek naar de Rubiaceae-plantenfamilie in Meise, en specifiek de cinchona-soort - beter bekend als een belangrijk bestanddeel van het malariavaccin. Drie cyborg protagonisten, aangeduid als Angels, hebben de Aarde verlaten en proberen een nieuw bestaan op te bouwen op een surrogaat planeet. Daar worden ze achtervolgd door een mens-mug-hybride, het ongeboren kind van het personage Mary, die hen volgt door een reeks half-herkenbare, droomachtige ruimtes, doordrenkt van koloniale geschiedenissen, extractivisme en industriële activiteit. De scènes bewegen zich van een voormalige cementfabriek naar een weelderige botanische omgeving, van laboratorium naar archief tot slaapkamer.
Binnen deze uiteenlopende omgevingen ontvouwen zich de relaties tussen de personages in dialogen die wijzen op de fluïde intimiteit van queer relaties tussen mensen, meer-dan-mensen en hun omgeving. Tegen verontrustende decors, gefragmenteerd over meerdere werkelijkheden en macro-cinematografische beelden, ontstaan momenten van verwantschap en thuishoren - gedreven door een zoektocht naar optimisme te midden van crisis en vervreemding.
Geïnspireerd door sciencefiction, fantasy en body horror, focust de film op de figuur van de mug, vertrekkende vanuit Dao’s onderzoek naar de Rubiaceae-plantenfamilie in Meise, en specifiek de cinchona-soort - beter bekend als een belangrijk bestanddeel van het malariavaccin. Drie cyborg protagonisten, aangeduid als Angels, hebben de Aarde verlaten en proberen een nieuw bestaan op te bouwen op een surrogaat planeet. Daar worden ze achtervolgd door een mens-mug-hybride, het ongeboren kind van het personage Mary, die hen volgt door een reeks half-herkenbare, droomachtige ruimtes, doordrenkt van koloniale geschiedenissen, extractivisme en industriële activiteit. De scènes bewegen zich van een voormalige cementfabriek naar een weelderige botanische omgeving, van laboratorium naar archief tot slaapkamer.
Binnen deze uiteenlopende omgevingen ontvouwen zich de relaties tussen de personages in dialogen die wijzen op de fluïde intimiteit van queer relaties tussen mensen, meer-dan-mensen en hun omgeving. Tegen verontrustende decors, gefragmenteerd over meerdere werkelijkheden en macro-cinematografische beelden, ontstaan momenten van verwantschap en thuishoren - gedreven door een zoektocht naar optimisme te midden van crisis en vervreemding.
EN
Sweet Blood in Stagnant Waters, 2025
Video installation, 27’00
Video installation, 27’00
In the Hunting Pavilion, one of the follies which marks the grounds of Plantentuin Meise, Gabi Dao presents the film installation Sweet Blood in Stagnant Waters. This work was partially filmed in the botanical gardens, with key locations such as the Victoria greenhouse just beyond the view from the pavilion.
Drawing inspiration from science-fiction, fantasy and body horror, the film focuses on the figure of the mosquito, drawing on research Dao undertook into the Rubiaceae plant family at Meise, and the cinchona species known for producing a key ingredient in the malaria vaccine. Three cyborg protagonists, referred to as Angels, have left Earth to make a new home on a proxy planet. There, they are haunted by a human-mosquito mutant, the unborn child of the character Mary who follows them through semi-recognisable, dreamlike spatial landscapes, steeped in histories of colonialism, resource extraction and industry. Scenes move through a former cement factory to verdant botanical spaces, from laboratory to archive to bedroom.
Across these settings, the relationships between the characters unfold through dialogues which gesture to the porousness of the intimate, queer exchanges that humans and more-than-humans can have between each other and their environments. Against unsettling backdrops which fragment across multiple realities and macro-cinematographic images, moments of kinship and belonging emerge through the pursuit of optimism in the face of crises and alienation.
Drawing inspiration from science-fiction, fantasy and body horror, the film focuses on the figure of the mosquito, drawing on research Dao undertook into the Rubiaceae plant family at Meise, and the cinchona species known for producing a key ingredient in the malaria vaccine. Three cyborg protagonists, referred to as Angels, have left Earth to make a new home on a proxy planet. There, they are haunted by a human-mosquito mutant, the unborn child of the character Mary who follows them through semi-recognisable, dreamlike spatial landscapes, steeped in histories of colonialism, resource extraction and industry. Scenes move through a former cement factory to verdant botanical spaces, from laboratory to archive to bedroom.
Across these settings, the relationships between the characters unfold through dialogues which gesture to the porousness of the intimate, queer exchanges that humans and more-than-humans can have between each other and their environments. Against unsettling backdrops which fragment across multiple realities and macro-cinematographic images, moments of kinship and belonging emerge through the pursuit of optimism in the face of crises and alienation.
FR
Sweet Blood in Stagnant Waters, 2025
Vidéo, 27'00
Vidéo, 27'00
Dans le Pavillon de chasse, l'une des folies qui ponctuent le parc de Plantentuin Meise, Gabi Dao présente l'installation vidéo Sweet Blood in Stagnant Waters. Cette œuvre a été partiellement filmée dans les jardins botaniques, dans des lieux clés tels que la serre Balatkas, visible depuis le Pavillon.
S'inspirant de la science-fiction, du fantastique et du body horror, le film se focalise sur la figure du moustique, en s'appuyant sur les recherches que Gabi Dao a entreprises à Meise sur la famille des plantes Rubiaceae et sur l'espèce cinchona, connue pour produire un ingrédient clé du traitement contre le paludisme. Trois personnages cyborgs, appelés Anges, ont quitté la Terre pour s’installer sur une planète de substitution. Là, ils sont hantés par un mutant humain-moustique, l’enfant à naître du personnage de Mary, qui les suit à travers des paysages spatiaux oniriques et vaguement identifiables, imprégnés de l’histoire du colonialisme, de l’extraction des ressources et de l’industrie. Les scènes passent d’une ancienne cimenterie à des espaces botaniques verdoyants, d’un laboratoire à des salles d’archives, jusqu’à une chambre à coucher.
Dans ces décors, les relations entre les personnages se déploient à travers des dialogues qui témoignent de la porosité des échanges intimes et homosexuels que les humains et les « extra-humains » peuvent entretenir entre eux et avec leur environnement. À rebours de toiles de fond troublantes, se fragmentant en réalités multiples et en images macro-cinématographiques, des moments de filiation et d’appartenance émergent, portés par la poursuite de l’optimisme face aux crises et à l’aliénation.
S'inspirant de la science-fiction, du fantastique et du body horror, le film se focalise sur la figure du moustique, en s'appuyant sur les recherches que Gabi Dao a entreprises à Meise sur la famille des plantes Rubiaceae et sur l'espèce cinchona, connue pour produire un ingrédient clé du traitement contre le paludisme. Trois personnages cyborgs, appelés Anges, ont quitté la Terre pour s’installer sur une planète de substitution. Là, ils sont hantés par un mutant humain-moustique, l’enfant à naître du personnage de Mary, qui les suit à travers des paysages spatiaux oniriques et vaguement identifiables, imprégnés de l’histoire du colonialisme, de l’extraction des ressources et de l’industrie. Les scènes passent d’une ancienne cimenterie à des espaces botaniques verdoyants, d’un laboratoire à des salles d’archives, jusqu’à une chambre à coucher.
Dans ces décors, les relations entre les personnages se déploient à travers des dialogues qui témoignent de la porosité des échanges intimes et homosexuels que les humains et les « extra-humains » peuvent entretenir entre eux et avec leur environnement. À rebours de toiles de fond troublantes, se fragmentant en réalités multiples et en images macro-cinématographiques, des moments de filiation et d’appartenance émergent, portés par la poursuite de l’optimisme face aux crises et à l’aliénation.
NL
Gabi Dao (1991, Canada) is een kunstenaar gevestigd in Maastricht. Dao’s multidisciplinaire praktijk omvat sculptuur, collage, video- en geluidsinstallaties, en maakt gebruik van uiteenlopende bronnen, gaande van mondeling overgeleverde verhalen tot archieven. Daarmee wijst Dao erop dat de scheiding tussen werkelijkheid en verbeelding niet altijd duidelijk is, en dat de waarheid veelzijdig is. Deze ideeën worden vaak gesymboliseerd door dieren, zoals vleermuizen of muggen. Dao gebruikt deze figuren om de associaties met virussen en het kwaad uit te dagen en verschillende realiteiten te verkennen. Dao tracht zo het vermogen te herstellen om betekenis te creëren buiten de controle van het kapitalisme en kolonialisme. De nadruk ligt hierbij op de wijze waarop deze systemen zich gebruikmaken van geracialiseerde, gegenderde en niet-menselijke lichamen. Dit proces van wereldvorming – het verzamelen en herpositioneren van fragmenten uit verschillende bronnen – verkent de spanningen tussen rouw en vreugde, vervreemding en verbondenheid, gevoelloosheid en sentimentaliteit.
Gabi Dao (1991, Canada) is een kunstenaar gevestigd in Maastricht. Dao’s multidisciplinaire praktijk omvat sculptuur, collage, video- en geluidsinstallaties, en maakt gebruik van uiteenlopende bronnen, gaande van mondeling overgeleverde verhalen tot archieven. Daarmee wijst Dao erop dat de scheiding tussen werkelijkheid en verbeelding niet altijd duidelijk is, en dat de waarheid veelzijdig is. Deze ideeën worden vaak gesymboliseerd door dieren, zoals vleermuizen of muggen. Dao gebruikt deze figuren om de associaties met virussen en het kwaad uit te dagen en verschillende realiteiten te verkennen. Dao tracht zo het vermogen te herstellen om betekenis te creëren buiten de controle van het kapitalisme en kolonialisme. De nadruk ligt hierbij op de wijze waarop deze systemen zich gebruikmaken van geracialiseerde, gegenderde en niet-menselijke lichamen. Dit proces van wereldvorming – het verzamelen en herpositioneren van fragmenten uit verschillende bronnen – verkent de spanningen tussen rouw en vreugde, vervreemding en verbondenheid, gevoelloosheid en sentimentaliteit.
EN
Gabi Dao (1991, Canada) is an artist based in Maastricht. Dao’s multidisciplinary practice covers sculpture, collage, sound and moving image installations, drawing on source material which ranges from oral storytelling to historical archives. Through this, Dao calls attention to slippages between reality and fiction, insisting on the existence of multiple truths. These ideas are often symbolised by animals such as bats or mosquitoes, used by Dao to contest their associations with virality or evil and produce alternative realities. Dao reclaims meaning-making from the hands of capitalism and colonialism, focusing on the ways they have extracted from racialised, gendered and more-than-human bodies. This world-making process of gathering and resituating fragments of information from different sources seeks to channel the tensions between grief and joy, alienation and belonging, disassociation and sentimentality.
Gabi Dao (1991, Canada) is an artist based in Maastricht. Dao’s multidisciplinary practice covers sculpture, collage, sound and moving image installations, drawing on source material which ranges from oral storytelling to historical archives. Through this, Dao calls attention to slippages between reality and fiction, insisting on the existence of multiple truths. These ideas are often symbolised by animals such as bats or mosquitoes, used by Dao to contest their associations with virality or evil and produce alternative realities. Dao reclaims meaning-making from the hands of capitalism and colonialism, focusing on the ways they have extracted from racialised, gendered and more-than-human bodies. This world-making process of gathering and resituating fragments of information from different sources seeks to channel the tensions between grief and joy, alienation and belonging, disassociation and sentimentality.
FR
Gabi Dao (1991, Canada) est un·e artiste basé·e à Maastricht. Leur pratique multidisciplinaire englobe la sculpture, le collage, le son et les installations d’images en mouvement, s’appuyant sur des matériaux aussi variés que les récits oraux ou les archives historiques. À travers cela, iel attire l’attention sur les glissements entre réalité et fiction, en affirmant l’existence de vérités multiples. Ces idées sont souvent symbolisées par des animaux tels que les chauves-souris ou les moustiques, qu’iel utilise pour contester leurs associations avec la viralité ou le mal, et produire des réalités alternatives. Iel réinvestit la production de sens, la soustrayant aux logiques du capitalisme et du colonialisme, en s’attachant aux manières dont ceux-ci ont exploité les corps racialisés, genrés et plus-qu’humains. Ce processus de création de mondes, fondé sur la collecte et la recontextualisation de fragments d’information issus de diverses sources, cherche à canaliser les tensions entre chagrin et joie, aliénation et appartenance, dissociation et sentimentalité.
Gabi Dao (1991, Canada) est un·e artiste basé·e à Maastricht. Leur pratique multidisciplinaire englobe la sculpture, le collage, le son et les installations d’images en mouvement, s’appuyant sur des matériaux aussi variés que les récits oraux ou les archives historiques. À travers cela, iel attire l’attention sur les glissements entre réalité et fiction, en affirmant l’existence de vérités multiples. Ces idées sont souvent symbolisées par des animaux tels que les chauves-souris ou les moustiques, qu’iel utilise pour contester leurs associations avec la viralité ou le mal, et produire des réalités alternatives. Iel réinvestit la production de sens, la soustrayant aux logiques du capitalisme et du colonialisme, en s’attachant aux manières dont ceux-ci ont exploité les corps racialisés, genrés et plus-qu’humains. Ce processus de création de mondes, fondé sur la collecte et la recontextualisation de fragments d’information issus de diverses sources, cherche à canaliser les tensions entre chagrin et joie, aliénation et appartenance, dissociation et sentimentalité.